God is een beloner

‘Door het geloof is Henoch weggenomen zodat hij de dood niet zag, en hij werd niet meer gevonden, want God had hem weggenomen. Want vóórdat hij werd weggenomen, is van hem getuigd, dat hij Gode welgevallig was geweest; maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken.’ (Hebr. 11:5-6).

Een van de grote tragedies van deze generatie – en een van de grootste grieven van God – is, dat zoveel Christenen niet echt gelukkig zijn! Ze houden zich groot: ze zingen, klappen, lachen, lofprijzen… Maar net onder de oppervlakte zit een hoop ellende. De vreugde duurt nooit lang. Ze zijn eenzaam en bedroefd.

Het gebrek aan overwinning in Christus is ontstellend! Zovelen zijn heet, en dan weer plotseling koud. Ze kunnen niet met angst omgaan. Depressies rollen over hen heen als een stoomwals. De ene week zijn ze hoog, de volgende week laag.

Er zijn ook huwelijken die een dergelijk heet/koud verloop hebben. Op de ene dag is het koek en ei tussen echtgenoot en echtgenote, de volgende dag voelen ze zich ellendig. Sommige dagen kunnen ze niet eens met elkaar spreken. Ze denken: ‘Nu ja, zo gaan huwelijken nu eenmaal. Je kunt niet verwachten altijd gelukkig en liefdevol te zijn!’

Paulus waarschuwt christenen dat ze moeten ‘ontwaken uit den strik des duivels, onder welken zij gevangen waren tot zijn wil.’ (2 Tim. 2:26). Dit is een perfecte beschrijving van veel christenen! Satan gaat hun leven in en uit als hij wil. Ze hebben geen macht of autoriteit om de deur van hun hart voor hem te sluiten. Hij pronkt met zijn greep op hen: ‘Je hebt geen kracht van Christus in je om mij te stoppen! Je bent mijn gevangene! Je zult doen wat ik je zeg.’

Sommigen van jullie kunnen ook in een stik van de duivel gevangen zitten. Paulus zegt dat dit komt omdat je je verzet tegen jezelf (zie 2 Tim. 2:25). Je doet niet wat er gedaan moet worden om bevrijd te worden van de val van de duivel. Jezelf verzetten betekent dat je jezelf vlak voor de strik zet. Je weigert Gods weg van verlossing en overwinning. Je verzet je tegen Zijn weg – en gaat op een eigen weg. Daarom loop je in de val!

Zo velen kennen geen overwinning in Christus. Satan brengt angst, eenzaamheid, depressie of lust op hen wanneer hij maar wil. Maar is Christus hiervoor gestorven? Om kinderen op te voeden die onder de macht van de duivel liggen? Is dit de getuigenis van christenen in de wereld: ‘Geef je hart aan Jezus, maar je wil aan de duivel’? Nooit!

Je kunt je ongeluk wijten aan een slechte gezondheid, aan onbegrepen zijn, een liefdeloze partner, baas of vriend. Je kunt in feite alles en iedereen de schuld geven. Maar de waarheid is, dat er geen enkel excuus is voor een christen om te leven als een slaaf van de duivel. Als de duivel op je emoties speelt, en het gaat slechter met je in plaats van beter, als je problemen steeds groter worden, als de angst opkomt, de vreugde verdwijnt, droefheid komt – het betekent allemaal dat je een gevangene bent van de vijand van je ziel en dat je door hem gemanipuleerd wordt!

Er is iets serieus verkeerd gegaan. Je moet de val waar je in zit herkennen, en vrij proberen te komen. Zie je, als je de Here voor meer dan een paar maanden gediend hebt, zou je dagelijks moeten groeien in de genade en kennis van Jezus. Je geestelijke overwinningen zouden zoet moeten zijn. Je zou verzekerd moeten zijn van zijn voortdurende aanwezigheid, van glorie naar glorie steeds meer op Hem gaan lijken. De satan zou onderhand voor je op de loop moeten zijn!

Dus wat is het probleem? Waarom zijn zovelen gevangen geworden?

Zij die wandelen met God worden buiten het bereik van Satan geplaatst, buiten zijn koninkrijk van duisternis en in Christus’ koninkrijk van licht. ‘Hij heeft ons verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde.’ (Kol. 1:13). We worden overgebracht uit de strik van de duivel in het hart van Jezus.

Het Griekse woord ‘overgebracht’ suggereert dat Christus persoonlijk gekomen is en ons weg heeft genomen uit de macht van de duivel en ons in een hemelse plaats gezet heeft. Maar God brengt alleen diegenen over, die dichtbij Hem wandelen, zoals Henoch. Zij die gevangenen zijn van de wil van de Satan kunnen niet overgebracht en verlost worden van de duisternis. Je bent niet werkelijk gered totdat je je hart vastbesloten richt om met God te wandelen. Overbrenging uit de macht van de duivel is voor diegenen die dichtbij de Heere leven. Je kunt claimen dat je gered bent en Hem liefhebt. Je kunt de hele wereld vertellen dat je Hem toebehoort. Je kunt bidden, huilen, Zijn Woord lezen. Maar als je niet dagelijks met Hem wandelt, zul je nooit veranderen. Je zult steeds dieper en dieper in de strik terechtkomen.

Het originele Hebreeuwse woord ‘wandelen’ impliceert dat Henoch op en neer ging, in en uit, heen en terug, arm in arm, voortdurend in gesprek met God. Henochs vader, Jared, werd 962 jaar oud. Zijn zoon Methusalem werd 969 jaar. Maar Henoch zelf leefde 365 jaar – of een ‘jaar’ van jaren! Hij brengt ons in een nieuw land van gelovigen, want hij is zelf een beeld van de toegewijde gelovige in Christus. 365 dagen lang van elk jaar van al zijn jaren wandelde hij arm in arm met de Heere. De Heere was zijn leven! Henoch leerde met God te wandelen in het midden van een slechte maatschappij. Toch was hij een gewone man met dezelfde problemen en belastingen als ons. Hij kreeg zonen en dochters (Gen. 5:22). Hij was geen kluizenaar, verborgen in een woestijngrot. Hij was betrokken bij het dagelijks leven met een vrouw, verplichtingen en verantwoordelijkheden, kinderen. Hij wandelde met God terwijl hij een gezin opvoedde en voor hen zorgde. Er was geen schuilplaats voor Henoch om heilig te zijn!

Toch rennen tegenwoordig veel christenen naar de heuvels om zich te verbergen voor de zich opstapelende rampen. Zogenaamde profeten vertellen de mensen om naar hun veilige, landelijke hemels te komen Christelijke Joden worden gewaarschuwd om terug te keren naar Israël om de financiële crisis in Amerika te ontvluchten. Maar Henoch bewees dat het een groter getuigenis geeft om te wandelen met God in een plaats zoals Broadway, midden in de storm – ongeacht de omstandigheden!

Ik weet waar ik wil zijn als alles uit elkaar valt. Als de financiële markt in elkaar stort, wil ik terug naar Wall Street waar ik tijdens de laatste crisis was op 19 oktober 1987! Ik wil daar zijn als een moderne Henoch, wandelend en sprekend met God, zonder angst – een vredige getuige, zonder angst, Jezus prekend aan de mensen wiens wereld in elkaar is gestort. Jezus zei: ‘Ga heen!’, niet ‘Verberg je!’. Ik wil daar zijn waar de Heilige Geest is – en je kunt er zeker van zijn dat Hij aan de frontlinie van de strijd zal zijn, de bezorgden en bevreesden tot Zich roepend.

Henoch zag dat zijn wereld goddeloos was. Zijn eigen maatschappij was slecht, en als hij de hele geschiedenis bekeek, was alles wat hij kon zeggen: ‘Goddeloos! Goddeloos! Goddeloos!’ ‘Ook over hen heeft Henoch, de zevende van Adam af, geprofeteerd, zeggende: Zie, de Here is gekomen met zijn heilige tienduizenden, om over allen de vierschaar te spannen en alle goddelozen te straffen voor al hun goddeloze werken, die zij goddeloos bedreven hebben, en voor al de harde taal, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben.’ (Judas 14-15).

Wandel jij met de Heere? Dan moet je de wereld zien zoals Henoch het zag: goddeloos, vol van de geest van de Antichrist en harde woorden tegen God. Hoe kun je deel uitmaken van iets wat goddeloos is? Hoe kun je optrekken met mensen die Hij zal veroordelen? Hij komt met tienduizenden van Zijn heiligen om de zondige, verloren wereld te oordelen. Aan welke kant sta jij?

Ik veroordeel niet de schoonheid van de natuur en de goede dingen die God heeft gemaakt. We moeten letten op de leliën van het veld (Matt. 6:28). Maar als je arm in arm met Jezus wandelt, met Hem spreekt, naar Hem luistert, dan zul je dit goddeloze wereldsysteem haten. Je zult met Hem partij trekken tegen degenen die slecht van Hem spreken. Je zult Hem horen zeggen: ‘Hij die een vriend van de wereld is, is een vijand van mij’ (zie Jak. 4:4). Elia en Henoch, de enige 2 profeten die letterlijk overgebracht werden in de hemel, hadden iets gemeen. Beiden haatten ze de zonde en waarschuwden er tegen. Ze wandelden zo dichtbij God dat ze vanzelf Zijn haat tegen goddeloosheid deelden.

Het onloochenbare effect op iedereen die met God wandelt is een groeiende haat tegen de zonde – en niet slechts haat, maar ook scheiding ervan. Als je de wereld nog liefhebt en je thuisvoelt bij goddelozen – als je een vriend bent van vloekers – dan wandel je niet met God, en je verlossing is nep. Je wandelt niet met God, je wil niet echt kiezen voor Hem en je zit Hem openlijk te schande te maken.

‘Henoch wandelde met God, en hij was niet meer; want God nam hem weg’(Gen.5:24). We weten uit het Hebreeuws dat dit vertelt over de overbrenging van Henoch, het feit dat hij geen dood smaakte. Maar het betekent ook iets dieper dan dat: ‘Hij was niet meer’ zoals in Genesis 5 betekent ook: ‘hij was niet van deze wereld’. In zijn geest, in zijn gevoel was Henoch geen deel van deze slechte wereld. Hij was in zijn geest opgenomen in de hemel. Elke dag als hij wandelde met de Heere werd hij meer losgemaakt van de dingen hier beneden! Dag aan dag, jaar bij jaar, ging hij omhoog, dichterbij de heerlijkheid. Zoals Paulus stierf hij dagelijks aan deze wereld. Maar nog nam Henoch al zijn verantwoordelijkheden. Hij zorgde voor zijn gezin, werkte, diende, was bezig.

Maar ‘hij was niet’ – hij was niet aardsgebonden! Geen van de vraagstukken van dit leven konden hem van zijn wandel met God afhouden. De Heere nam hem op. Elk wakend ogenblik ging zijn geest naar Hem uit. Zijn hart was aan God verbonden als met een reusachtig elastiek. Hoe meer je het rekt, hoe vlugger het terugspringt. Henochs hart ‘sprong’ altijd terug naar de Heere!

Terwijl de wereld om hem heen meer en meer goddeloos werd, terwijl de mensen veranderden in wilde beesten vol lust, hardheid, sensualiteit, ging Henoch steeds meer lijken op Degene met wie hij wandelde. Jij en ik veranderen. En heel veel christenen zouden nu heel veel op de Heere Jezus moeten lijken. Maar in plaats daarvan zijn ze hard en egoïstisch geworden. Ze zouden moeten groeien in genade, geheel tevreden in Hem. Maar nee – velen zijn afkerig, terugglijdend, teruggaand.

Waarom? Ze wandelen niet met God. Ze bidden weinig. Ze graven niet in Gods Woord. In plaats daarvan piekeren ze en worden steeds harder. Ze pruilen en openen zichzelf voor de wil van de duivel. Het hele punt is, dat ze, anders dan Henoch, eenvoudigweg Jezus niet genoeg liefhebben om met Hem te willen zijn.

Daarom is er zoveel verwarring, angst en ellende in zoveel christelijke huizen en levens. Ze wandelen niet met God, en hebben geen wens om met Hem ingesloten te zijn. Ze bidden niets door – ze proberen het te doordenken. Ze staan niet op Gods Woord – ze staan op hun ‘rechten’!

‘Want vóórdat hij werd weggenomen, is van hem getuigd, dat hij Gode welgevallig was geweest!’ Wat was er in Henoch dat God zo graag zag? Het was zijn wandel met God wat hem een soort geloof gaf dat God behaagde. Deze twee verzen kunnen niet uit elkaar gehaald worden: ‘Want vóórdat hij werd weggenomen, is van hem getuigd, dat hij Gode welgevallig was geweest; maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken.’(Hebr. 11:5-6).

Door de hele Bijbel en de hele geschiedenis werden degenen die wandelden met God mannen en vrouwen van geloof. Als de Kerk dagelijks arm in arm met God wandelt, constant communicerend met onze Heere, zal het resultaat een volk vol geloof zijn, waarachtig geloof, dat God welgevallig is.

Sommigen begeleiden geloofs seminars, delen geloofs tapes uit, citeren geloofs teksten – allen proberen om geloof te maken. En het is waar: ‘Zo is dan het geloof uit het horen, en het horen door het woord van Christus.’(Rom. 10:17). Maar Jezus is het Woord. ‘De letter doodt’, zegt de Schrift, en zonder omgang met Jezus geeft het woord slechts een dode, egoïstische, eisende emotie die helemaal geen geloof is – en God haat het. Geloof komt door het Woord te horen en dichtbij Hem te wandelen. Niet door te praten zonder te doen!

We zouden altijd ‘ons oog daarbij (alleen) gericht moeten hebben op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs,’ (Hebr. 12:2). Deze intieme wandel met God mist de Kerk van tegenwoordig. Geloof is echt weten wie God is. Het is familiair worden met Zijn heerlijkheid en majesteit. Degenen die Hem het beste kennen, vertrouwen Hem het meest.

Toon me mensen die dichtbij hem wandelen, de zonde haten, losgemaakt worden van deze wereld en Zijn stem leren kennen, en je ziet mensen die niet veel preken en onderwijs over geloof nodig hebben. Je hebt geen ’10 stappen’ nodig over wat geloof is en hoe het te krijgen is. Waar geloof komt uit het hart van Jezus. En het zal Zijn eigen geloof zijn – niet het onze, dat groeit in en straalt uit ons hart!

Henochs wandel met God zou niet de moeite waard zijn geweest tenzij het een geloof gaf dat voortdurend groeide. ‘Door het geloof is Henoch weggenomen…’ Wat een ongelooflijke waarheid! Al zijn geloof was gericht op die ene wens van zijn hart: om met de Heere te zijn! God kwam en nam Henoch weg als antwoord op zijn geloof. Henoch kon het niet meer verdragen om achter het gordijn te staan – hij moest de Heere gewoon zien! Hij bad, gelovend dat God zijn schreeuw om bij Hem te zijn zou beantwoorden. Hij was zo los van deze aarde dat hij tot God zei: ‘Kom… er is hier niets meer voor mij bij.’

Bedenk hoe christenen hun zogenaamde ‘geloof’ verkwanselen. Het is zo egocentrisch – hun behoeften, hun wensen. En vaak krijgen ze wat ze willen, maar dat maakt hen enkel meer ongelukkig.Waar zijn de Henochs die hun geloof spenderen om overgezet te worden uit de duisternis van de duivel in de handen van Gods dierbare Zoon?

Henoch had geen Bijbel, geen liedboek, geen medegenoten, geen leraren, geen inwonende Heilige Geest, geen gescheurd voorhangsel met ingang tot het Heilige der Heiligen. Maar hij kende God! Zonder het verwijten of opporren van een profeet, zonder voorbeelden van anderen. Henoch richtte zijn hart om de Heere te volgen. Waarom is het vandaag de dag zo moeilijk met al de hulp, al de overtuigingen, de profetische waarschuwingen, de pleidooien van de Heilige Geest? Is het geen berisping voor ons dat Henoch boven zijn omgeving verheven werd, een man die met God wandelde ondanks zo weinig hulp? Vandaag zijn er velen die niet met Hem in overwinning kunnen wandelen ondanks alle hulp die God hen heeft gegeven!

‘Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken.’(Hebr. 11:6). Hoe weten we dat Henoch geloofde dat God een beloner was? Omdat dat het enige geloof is dat God behaagt – en we weten dat Henoch God behaagde! God is een vergoeder, een honoreerder, d.w.z, een God die gelovigheid goed betaalt. Hoe beloont de Heere Zijn zoekers? Het is mijn ervaring dat, wanneer ik arm in arm met Jezus wandel, vol liefde tot Hem, beloningen aan alle kanten opkomen. Alles wat ik doe of heb is gezegend: mijn vrouw, kinderen, vrienden, gemeente. Er komt een leven van Christus binnen dat stroomt als een machtige rivier. Ja, we zullen testen en beproevingen ondergaan. Maar door dit alles heen beloont Hij ons met het tonen van Zijn aanwezigheid.

1) De beloning van controle: God zal je weer controle geven over jezelf. Zij die God verwaarlozen raken vlug hun greep kwijt op hun leven als de duivel komt en het overneemt. Zo’n persoon krijgt een slecht zelfbeeld. Zijn of haar gevoelens en gedachten kunnen niet beteugeld worden, en hun tongen bewegen onder de macht van bitterheid en boosheid.

Als we Jezus slechts lief zouden krijgen – met Hem wandelen en spreken – zou Hij ons snel genoeg tonen dat de duivel geen macht over ons heeft. We zouden Hem snel in ons laten heersen. Dan zouden we demonen verjagen, de duivel doen vluchten, duizenden achtervolgen, in geloof onszelf oprichten bij elke angst, elke leugen, alles dat tot ons komt uit de hel.

Paulus geeft een waarschuwing aan de ‘dwaze vrouwen’ die hun lusten niet willen afleggen: ‘zij, die zich in de huizen indringen en dwaze vrouwtjes weten in te palmen, die met zonden beladen zijn en gedreven worden door velerlei begeerten,’ (2 Tim. 3:6). Vrouwen die de prijs niet willen betalen en met Jezus wandelen, die geen goddelijke berisping aan willen nemen, als die hun zonden belijden en zich bekeren, een leraar navolgen die voor hen zal bidden – die kan hen dan tot prooi maken! En geloof me, deze ‘indringers’ zijn er ook nu nog. Ze hebben ogen die hongeren naar vrouwen en hen beloftes doen, en zeggen: ‘Kom naar onze samenkomsten – je zult vrij worden!’ Nee, dat zul je niet! Je zult eindigen als een gevangene, dubbelgebonden, en deze mannen zullen recht naar je portemonnee gaan!

Maar je kunt hier controle over hebben. Je kunt terug naar de ernstige, liefdevolle arm in arm wandel met Jezus. In plaats van het zoeken van je eigen comfort moet je Jezus proberen te behagen: ‘De smaad heeft mij het hart gebroken, en ik ben verzwakt. Ik wachtte op een teken van medelijden, maar tevergeefs, op troosters, maar ik vond hen niet.’ (Psalm 69:21).

2) De beloning van het pure licht. Als je wandelt met de Heere… zul je beloond worden met licht, instructie, onderscheidingsvermogen, openbaring – een zekere kennis! Als je dag aan dag aan deze wereld sterft zal het licht helderder worden. Je bent op weg naar de zon. Zacharia profeteerde dat Christus kwam om het licht te geven aan hen die in duisternis woonden… om hun voeten te richten. (Luk. 1:79).

Ben je onder de ban van een bepaalde duisternis of besluiteloosheid? ‘Ik ben het licht der wereld; wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het licht des levens hebben.’(Joh. 8:12). ‘Ik ben als een licht in de wereld gekomen, opdat een ieder, die in Mij gelooft, niet in de duisternis blijve.’( Joh. 12:46). ‘Hij heeft ons verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde,’(Kol. 1:13).

Je kunt claimen van Jezus te houden, maar je leven bewijst dat je nog in duisternis wandelt: verward, beneveld, mistig! Als je Jezus waarlijk liefhebt, arm in arm met Hem spreekt, dan doet Hij het licht aan. Er is geen duisternis in Zijn aanwezigheid.

De ergste duisternis voor de mensen is niet in de harten van God-hatende communistische leiders of in de met haat gevulde Ayatollah Khomeini of de Christus hatende atheïsten. Het is de vreselijke duisternis die de zogenaamde christenen verblindt die weigeren in het licht te wandelen.

Jezus waarschuwt: ‘Zie dan toe, dat wat licht in u is niet duisternis zij.’ (Luk. 11:35). Jezus vertelde een farizeeër dat er een oordeel valt op degenen die het licht verduisteren of weigeren. ‘Tot een oordeel ben Ik in deze wereld gekomen, opdat wie niet zien, zien mogen, en wie zien, blind worden. Dit hoorden sommigen uit de Farizeeën, …, en zij zeiden tot Hem: Zijn wij soms ook blind? Jezus zeide tot hen: ‘…; maar nu zegt gij: Wij zien; daarom blijft uw zonde.’ (Joh. 9:39-41).

Zoals de Farizeeën denken sommigen christenen dat ze ‘het weten’, dat ze in het licht zijn. Ze zeggen: ‘ik zie’, of: ‘ik zie net zo goed of beter dan de dominees of wie dan ook!’ Ze zouden naar hun leven en hun thuis moeten kijken, en alle problemen en verwarring in hun hart en toegeven: ‘Heere, ik zie het niet! Toon het me! Ben ik blind?’

Als we ons niet openen voor het ware, pure licht, dan kan ons oordeel slechts een vals licht zijn. Slechts de ergste vorm van duisternis en vervloekte trots gaat rond, zeggend: ‘Ik zie!’ Ga terug naar de wandel met Hem, en Hij zal alle duisternis blootleggen en je terugbrengen naar Zijn pure licht.

3) De beloning van bescherming tegen al je vijanden: ‘Elk wapen dat tegen u gesmeed wordt, zal niets uitrichten’ (Jes. 54:17). Alles wat Satan probeert om je neer te krijgen zal gewoon niet lukken! Die grote geweren die op je gericht zijn zullen wegsmelten in Zijn aanwezigheid. Denk je dat Satan op Hem zal richten – met Wie je wandelt?

In het originele Hebreeuws wordt deze tekst vertaald als: ‘Geen plan, geen instrument van vernietiging, geen satanische artillerie zal je overweldigen, maar het zal weggenomen worden.’ God heeft beloofd om Satans aanval op jou te doen mislukken. De beloning van degenen die Hem ernstig zoeken is het privilege meer dan overwinnaars te worden (Rom. 8:37).

365 jaren lang schudde Henoch elke felle pijl af. Hij leefde in complete victorie tot zijn laatste ademtocht. Hij kroop er niet uit, hij hinkte er niet uit. Hij ging uit in een vuurzee van leven en glorie!

‘Door gerechtigheid zult gij bevestigd worden. Weet u verre van onderdrukking, want gij hebt niet te vrezen, en van verschrikking, want zij zal tot u niet naderen. Valt men heftig aan, dan gaat dat van Mij niet uit; wie u aanvalt, zal over u vallen.’(Jes. 54:14-15). Waar gerechtigheid is, daar is vrede. Je zult verlost worden van de onderdrukking als je in heiligheid wandelt. Je zult niet vrezen, want er zal geen gevaar zijn voor hen die in gerechtigheid wandelen. ‘Ik ben het, die de verderver geschapen heb om te vernielen’ (Jes. 54:16). Zelfs de ‘verderver’ is onder de controle van de Heere. God heeft controle over al de vernietigingswapens. Onze veiligheid is in gerechtigheid, in het wandelen met Jezus. En we hoeven absoluut niets te vrezen!

Dutch