Hoe je familie te redden van ruïne en destructie
"Wordt nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden". (1 Peter 5:8). De Bijbel vertelt ons erg duidelijk dat in deze laatste dagen de kerk van Jezus Christus het hoofd moet bieden aan de woede van een stapelgekke duivel. Satan weet dat zijn tijd kort is, en hij is erop uit Gods volk te verslinden. "Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u nedergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft" (Openbaringen 12:12).
Waar richt de duivel zijn woede op? Hij richt zich op families, zowel geredde als niet-geredde, over de gehele wereld. Hij gaat tekeer als een dolle leeuw en valt plotseling families aan om ze te verslinden. Hij probeert huwelijken de hel in te krijgen, kinderen te vervreemden, en familieleden tegen elkaar uit te spelen. En zijn doel is simpel: hij wil ruïne en destructie brengen aan ieder huis zoveel als hij maar kan.
Jezus verwees naar dit demonische werk toen hij de satan beschreef en zei: "Die was een mensenmoorder van den beginne" (Johannes 8:44). Inderdaad zien we het destructieve plan van de vijand al tegen de allereerste familie. Het was de duivel die binnenkwam bij Kaïn en hem ervan overtuigde dat hij zijn broeder, Abel, moest vermoorden.
En deze moordenaar is nog steeds aan het werk. De afgelopen paar jaren openbaren dit op een verschrikkelijke manier. Vier jaar geleden nam de duivel twee teenagers in Colorado in bezit en dreef hen tot woedende destructie. Toen de twee jongens de Columbine High School binnenstormden met een hels moorddoel, was de wereld verbijsterd. Zij schoten een meisje dood uit alleen maar worde terwijl ze op haar knieën lag te bidden, een meisje dat ze kenden en respecteerden. Wie dan satan zelf kon hen ertoe gedreven hebben dit te doen?
Ik denk aan de ruïne die gebracht is aan de families van beide slachtoffers en de moordenaars. Er zijn zelfmoorden geweest, er zijn mensen psychisch in elkaar gestort, scheidingen, en getraumatiseerde broers en zusters. De destructie van die gebeurtenis is nog steeds op een ongelooflijke manier aan het nawerken. En de ouders en vrienden van allen die er mee te maken hadden, zullen hun levenlang verdriet hebben.
Een jaar later kroop een op Harvard onderwezen pionier op het gebied van urologie in de kamer van haar bejaarde, slapende ouders in Chatham, New Jersey, en verstikte hen onder kussen. Haar vader was 92, haar moeder 86. Daarna verbleef Hagen nog enige dagen in het huis, de dode lichamen negerend in de slaapkamer. Toen ze werd gearresteerd, leek ze verward en niet helemaal bij haar positieven. Maar ze toonde geen berouw voor wat ze had gedaan. Psychologen konden maar niet verklaren hoe het kwam dat zo'n goed onderwezen vrouw haar ouders zou doen stikken en dat verder zou leven alsof alles normaal was.
Denk aan de verwoesting die nooit werd vermeld in dit afschuwelijke misdaad verhaal. De pijn van familieleden, de gewonde harten van de kleinkinderen – wat een verschrikkelijke ruïne en destructie. Wie behalve satan kon zo'n gerespecteerde vrouw ertoe gedreven hebben om haar ouders te vermoorden, en dat om geen aanwijsbare reden?
Een paar jaren geleden printte de New York Times een verontrustend verslag: "Het artikel verhaalde van gefrustreerde ouders die bij dozijnen het gerechtsgebouw op een zesde verdieping in Manhatten binnenstroomden om hun kinderen over te dragen aan pleegouders. Ze konden hen gewoonweg niet meer hanteren. Eén vader kon zijn teenage zoon niet meer hanteren nadat de moeder van de jongen stierf. Een andere vader gaf zijn teenage dochter over omdat ze wild leefde, geheel uit controle. Gerechtsambtenaren die deze gevallen hoorden waren geschokt. Eén rechter vroeg een moeder die haar dochter had gebracht: "Wilt u haar niet? Zou u niet graag uw dochter mee naar huis nemen? De moeder schudde vermoeid haar hoofd van nee. Het jonge meisje barstte toen in onbeheersbaar gehuil uit.
Het artikel liet zien dat families in een verhoogd tempo uiteenvielen. En het New Yorkse Familie Gerechtshof werd overspoeld met de gevallen. Met vele van de kinderen die in pleeggezinnen waren geplaatst, ging het spoedig nog slechter. Sommigen van hen liepen tenslotte weg en belandden op de straat.
Vooral schokkend was een ander nieuwsbericht, verhalend over een nieuw soort van drugsverslaving. De kop van het bericht luidde: "Kinderen gebruiken drugs bij de ouders thuis." Klaarblijkelijk zegt 30% vaam de verslaafden heden ten dage dat ze verslaafd zijn geraakt bij hun ouders thuis, die hen lieten kennismaken met drugs. Hoe ter wereld kan zoiets gebeuren?
Deze ouders waren druggebruikers geweest toen ze teenager waren. Later, toen hun kinderen teenagers werden, dachten de ouders: "Wij gebruikten drugs, maar we overleefden het. En het gaat nu prima met ons tegenwoordig. Het is beter voor onze kinderen om thuis drugs te gebruiken dan op straat. En het is beter voor hen om van ons te leren om te gaan met drugs dan van hun onervaren vrienden." Dus leerden zij hun kinderen hoe ze marihuana moesten roken , cocaïne moesten snuiven en naalden moesten gebruiken. Op die manier, redeneerden ze, konden ze het druggebruik van hun kinderen onder controle houden.
Maar toen kwam de rekening. Hun kinderen werden verslaafd, en hun leven was uit controle geraakt. Velen hebben hun thuis verlaten en leven op straat. Ze zijn heel boos op hun ouders, gedesillusioneerd door hun verschrikkelijke raadgeving. En ze hebben de moed verloren door de samenleving, en hebben geen toekomst. Nu hebben de ouders een gebroken hart, zijn beladen met schuld, en huilen tranen die te laat zijn. Ik vraag je, hoe zou ooit een ouder zo een dwaze beslissing kunnen nemen? Ze hebben hun familie tot een ruïne gemaakt. Wie, behalve de duivel kon hun ogen verblind hebben?
De tragedies die families heden ten dage plagen zijn gewoon niet te geloven. En de voorbeelden die ik genoemd heb zijn alleen die in Amerika zijn gebeurd. Maar over de gehele wereld is een razende duivel absolute chaos aan het veroorzaken. En hij houdt er niet mee op totdat hij iedere familie op zijn weg heeft verslonden.
Vele gelovige families zijn kapotgegaan door de chaos, verdriet en pijn. En de demonische verwoesting is op verschillende manier binnengekomen: door scheiding, rebelse kinderen, verslavingen van allerlei soort. Maar het resultaat is altijd hetzelfde: een eens gelukkig familietje is verscheurd en verslonden.
Ik zag dit uit de eerste hand al veertig jaar lang, wanneer verslaafden en alcoholisten naar onze ministry's drugcentra en boerderijen kwamen voor hulp. Het was een vreugde om te zien hoe deze vernielde mannen en vrouwen wonderbaarlijk gered werden en verlost van hun gebondenheid. Jezus veranderde hen bovennatuurlijk en maakte ze tot nieuwe scheppingen.
Eén van de zekerste tekenen van een echte bekering was als een jonge man of vrouw terugging kijken om te zien wat de duivel van hen had gestolen. Ze huilden als ze een gehavende foto in hun handen gekneld hadden van een vroegere echtgenoot of van een kind of van een ouder. Als verslaafden had het niet kunnen schelen dat ze hun familie verloren. Hun enige belangstelling was alcohol en drugs. Maar nu huilden ze verschrikkelijk om wat ze verloren hadden. Ze wezen naar de foto en zeiden: "Pastor Dave, dat is mijn vrouw. Ze hield van me, en ik hield van haar. En dit is mijn kleine zoontje. Maar ik weet nu niet waar ze zijn. Kijk naar wat ik heb verloren..."
Het was tragisch, verscheurend. Op zulke momenten realiseer je je satans vernietigende macht in deze families. Inderdaad, de grootste tragedie was nooit de verwoesting die was aangericht op het lichaam van de verslaafde, of hun voorkomen, hun lege uitdrukking. Veeleer was het datgene dat van hen was gestolen: een echtgenoot, een kind, een toekomst. Zelfs erger was datgene dat was gestolen van die verslaafde kinderen: een kans op te groeien in een godvrezend gezin, de liefde van Jezus te kennen en bemind en opgevoed te worden door liefhebbende ouders, om door voorbeeld te worden onderwezen hoe voor de Heer te leven.
Goddank zijn vele van deze vroegere verslaafden gezegend met herstelde families. Of, in sommige gevallen, hebben ze een nieuw gezin gesticht met iemand van hun mede-ministry-werkers. Maar ik heb nog steeds, samen met hen, verdriet over de vernieling die ze hebben doorgemaakt.
Laat me nu terugkeren tot de titel van mijn boodschap: "Hoe je familie te redden van ruïne en destructie." Hier is was de Heilige Geest mij heeft geopenbaard over deze zaak.
Er komt een tijd dat er voor zekere omstandigheden in het leven naar de mens gesproken geen hoop meer is. Er is geen advies, geen dokter of medicijn of iets anders dat kan helpen. De situatie is onmogelijk geworden. En er is een wonder nodig, anders zal het eindigen in verwoesting.
Op zulke tijden is de enige hoop die er over is voor iemand bij Jezus te komen. Iemand moet Zijn aandacht weten te trekken. Het doet er niet toe wie het is, vader, moeder of kind. Die persoon moet de verantwoordelijkheid nemen om Jezus vast te grijpen. En hij moet besluiten: "Ik ga niet weg voordag ik van de Heer heb gehoord. Híj moet me vertellen: "Het is verhoord. Nu, ga weer verder."
In de Evangelie van Johannes vinden we precies zo'n gezin in een crisis: "En er was te Kafarnaüm een hoveling, wiens zoon ziek was" (Johannes 4:46). Dit was een voorname familie, misschien zelfs koninklijk. Een geest van dood hing over het huis toen de ouders hun stervende zoon verpleegden. Er zijn misschien andere leden van de familie in het huis geweest, misschien tantes of ooms, met inbegrip van de dienaren." (De Vader werd zelf gelovig en zijn gehele huis." (4:53).
Iemand in deze familie met moeilijkheden wist wie Jezus was, en had gehoord van Zijn wonderbaarlijke macht. En op de één of andere manier was het bericht gekomen bij dit huishouden dat Christus in Cana was, ongeveer 25 mijl verder weg. In wanhoop nam de vader het op zich om de Heer te bereiken. De Schriften zeggen ons dat: "Toen deze hoorde, dat Jezus uit Judea naar Galilea gekomen was, ging hij tot Hem" (4:47).
In de loop der jaren zijn dozijnen moeders in onze kerk naar mij toegekomen, huilend over hun kapotte families. Misschien had de echtgenoot de familie verlaten, of was een zoon in de gevangenis, of was een dochter prostituee geworden om haar drugsverslaving te kunnen betalen. Vaak is de moeder de laatste hoop die deze familie heeft om tot Jezus te komen. Dus neemt zíj de verantwoordelijkheid op zich om voorbede te doen. En zij is vastbesloten om te bidden totdat de Heer verlossing brengt. Zij vraagt anderen om met haar mee te bidden, en zegt: "Er is geen hoop meer voor ons. We hebben een wonder nodig."
De edelman in Johannes 4 had dat soort van vastberadenheid. En hij drong door tot Jezus. De Bijbel zegt dat hij: "verzocht Hem te komen en zijn zoon te genezen; want deze lag op sterven." (4:47). Wat een prachtig beeld van voorbede. Deze man zette alles opzij om de Heer te zoeken om hem een Woord te verschaffen.
Toch antwoordde Christus hem: "Indien gijlieden geen tekenen en wonderen ziet, zult gij niet geloven" (4:48). Wat bedoelde Jezus hiermee? Hij zei tegen de edelman dat een wonderbaarlijke verlossing niet zijn meest noodzakelijke behoefte was. In plaats daarvan was de nummer één kwestie het geloof van de man. Denk er eens over: Christus kon naar dat huis van die familie zijn gegaan, zijn handen op de stervende zoon hebben gelegd en hem genezen hebben. Maar dan zou toch alles wat die familie over Jezus zou hebben vernomen zijn dat Hij wonderen kon doen.
Christus wenste meer voor deze man en zijn familie. Hij wilde dat zij geloofden dat Hij God in het vlees was. Dus zei Hij in wezen tot de edelman: "Geloof je dat je aan God dit verzoek doet? Geloof je dat ik de Christus ben, de Redder van de wereld?" De edelman antwoordde: "Heer, kom af, eer mijn kind sterft" (4:49). Op dat punt moet Jezus geloof hebben ervaren bij deze man. Het was alsof Jezus zei: "Hij gelooft dat Ik God in het vlees ben." Want verder lezen we: "Jezus zeide tot hem: Ga heen, uw zoon leeft! (4:50).
Helaas, vele gelovigen gaan hun weg voordat zij ooit horen van Jezus. Maar deze man ging weg in geloof. Wat was het verschil? Hij had een Woord van de Heer ontvangen. Hij had God gezocht en op Hem gewacht in geloof. En hij wou niet vertrekken totdat hij een belofte van leven had ontvangen. "De man geloofde het woord, dat Jezus tot hem sprak, en ging heen." (4:50).
De kerk van Jezus Christus wordt verondersteld bezig te zijn met zielen winnen. En de meeste Christenen zijn zo getrouw dat ze dat doen. We bidden voor verloren naties, voor opwekking in onze steden, voor onze niet-christelijke buren. Ik dank God dat zijn volk dit vitale werk doet.
Maar, laat me je vragen: wie bidt er getrouw voor je ongeredde vader, moeder, zuster, broer, neef, nicht, grootouder? Gebed voor onze geliefden hoort van het allergrootste belang te zijn in ons leven. Tenslotte rust de verantwoordelijkheid van zulke gebeden op hen die het oor van de Heer hebben, die dicht genoeg bij Hem staan om verzoek te doen. Nu, als jij dat niet bent, wie is dat dan wel? Wie zal vurig bidden voor de redding van je familie, als jij dat niet doet?
Misschien zeg je tegen jezelf: "Ik heb al jaren tegen mijn familie getuigd en ik heb getrouw mijn getuigenis aan hen voorgeleefd. Ze weten waar ik voor sta. Ik moet hen nu gewoon aan Jezus opdragen." Het is waar dat we onze ongeredde geliefden moeten opdragen aan de overtuigende bediening van de Heilige Geest. Maar de Geest vertrouwen betekent niet dat we ophouden met dringend gebed voor onze familie. Als we stoppen met voorbede te doen voor hen, zeggen we in feite: "Dit is hopeloos."
De Heer vertrouwen betekent dat we juist het tegenovergestelde doen. Als we hem echt vertrouwen voor hun redding en verlossing, dan roepen we uit zoals de edelman: "Alstublieft, Jezus, kom nu. Handel snel, voordat mijn geliefde voor eeuwig verloren is." Alleen agressief, vurig gebed kan satans destructieve doel om onze familie te ruïneren bestrijden. Lauwe gebeden zullen zijn bolwerken niet neerhalen. We moeten uit onze eigen gedachtetjes losgehaald worden en serieus worden met gebed. En we moeten dichtbij Jezus blijven totdat Zijn Woord komt.
Toen Christus op de kust van Tyrus en Sidon stond: "een Kananese vrouw uit dat gebied kwam en riep: Heb medelijden met mij, Here, Zoon van David, mijn dochter is deerlijk bezeten" (Mattheüs 15:22). Satan was in het huis van deze vrouw binnengekomen en had bezit genomen van haar dochter. Het woord voor "deerlijk" hier komt van een woord dat: "bedorven, verloederd" betekent. Om kort te zijn, het meisje was goor, slecht, en werd gedreven door satan.
Nu, dit was geen duivelse moeder. Alhoewel ze een heiden was, geloofde ze. Tenslotte sprak ze Jezus als: "Heer, zoon van David" aan. In feite zei ze: "U bent de Redder, Gods Messias." Op dit punt rijst een vraag op: Hoe kan satan toegang krijgen tot een kind van een gelovige? Hoe kan het dat hij kinderen bezit die in een godvrezend huis wonen?
Misschien bent u een Christelijke ouder. U hebt uw kind opgevoed in de kerk en uw best gedaan hem de rechte weg te tonen. Maar nu, na jaren de zondagsschool bijgewoond te hebben en gezalfde preken in de kerk te hebben gehoord, is hij koud geworden en onverschillig voor de dingen van God. Hij is onverschillig geworden voor het dienen van Jezus. En u vraagt zich af: "Heer, hoe kon dit gebeurd zijn?"
In de loop der jaren heb ik dit met vele kinderen van voorgangers zien gebeuren. Vele van deze jonge mensen kwamen onze Teen Challenge drug centra binnen nadat ze verslaafd waren geworden. Ze waren opgegroeid in godvrezende huizen, maar op de één of andere manier waren ze slecht geworden. Hun leven begon gedreven te worden door demonische machten. En ze werden verslaafd aan drugs, alcohol, pornografie, prostitutie.
Als je dit leest, haal je misschien opgelucht adem, en denkt: "Dank God, dat is niet mijn zoon, mijn dochter. Ik heb goede kinderen. Ik ben voorzichtig geweest om ze op te voeden in de vrees en kennis van de Heer. Zij kennen de rechte weg. Zij zijn misschien niet vol vuur van Jezus, maar ze gebruiken tenminste geen drugs."
Zulke ouders zijn terecht dankbaar. Maar toch zijn ze nooit bang dat hun kind louw zou kunnen zijn voor Jezus. Volgens de Heer zelf, is louw zijn net zo'n verschrikkelijke toestand als demonisch onderdrukt worden. Toen Christus waarschuwde: "Ik zal je uit mijn mond spugen", sprak Hij niet over drugsverslaafden. Hij sprak over lauwe gelovigen in Zijn kerk (zie Openbaringen 2-3). Jezus weet dat een lauwe geest iedere gelovige in demonische verleidingen van de hel kan brengen.
Je kinderen kunnen vriendelijk zijn, beleefd, goed opgevoed. Zij kunnen misschien de verkeerde menigte mijden, hun ouders respecteren en moreel goed zijn. Maar als ze niet met hun hele hart voor Jezus zijn – als ze alleen maar geestelijk meelopen – dan zijn ze in gevaar. Zie je, ieder kind dat grootgebracht is in een huis van een gelovige is al een nummer één aanvalsobject van de satan. De duivel gaat achter die families aan die het meest vurig zijn in hun liefde voor Jezus. Maar nu heeft de lauwheid van uw kind het werk van de satan gemakkelijker gemaakt. Hij geniet van het feit dat het zo makkelijk is om uw zoon of dochter tot zondige gebondenheid te brengen.
Zelfs de meest toegewijde Christenen – met inbegrip van voorgangers – kunnen blind zijn voor de val die satan heeft gelegd voor hun geestelijk passieve kinderen. De vijand is constant bezig te proberen zelfs het kleine vonkje van geestelijk leven dat in hen is uit te blazen. Ik dring er bij u op aan, christelijke ouder: laat niet toe dat de duivel bij uw kind kan komen. Buig uw knieën dagelijks voor de Heer, en omring uw jonge kind met voorbede. God heeft u de macht gegeven om hen uit hun lauwe staat te schudden.
Toen mijn kinderen teenagers waren, dacht ik dat ik ze gewoon door liefde Gods koninkrijk kon binnenkrijgen. Ik zei tegen mezelf: "Ik zal er zijn voor mijn kinderen. Ik zal een maatje voor ze zijn. Ik moet er gewoon voor ze zijn, zodat ze dat wat ze nodig hebben, met me kunnen delen.
Toen, op een dag, kwam mijn oudste zoon, Gary, thuis van school, huilend. Hij ging gelijk naar zijn kamer en wierp zichzelf op zijn bed. Toen ik hem vroeg wat er aan de hand was, antwoordde hij: "Pap, ik geloof niet dat er een God is. Het is allemaal maar een sprookje."
Ik wist toen dat alle liefde in de wereld geen oplossing kon bieden voor zo'n demonische aanval. En gewoon met mijn zoon kunnen communiceren zou dit probleem niet oplossen. Ik kon niet gewoon tegen mijzelf zeggen: "Het is alleen maar een fase. Gary zal er wel uitgroeien. Hij is een goede jongen. En hij weet dat ik van hem houd."
Nee, Ik moest me realiseren wat er precies aan de hand was: satan probeerde mijn zoon te beroven van zijn echte, vurige geloof. Ik had gezien dat Gary zijn leven aan Jezus had gegeven toen hij vijf jaar oud was, en ik wist dat zijn geloof kostbaar was. En nu wilde de vijand dat geloof hebben. Hij gebruikte twijfel en ongeloof om het te vernietigen. Inderdaad, satan mikte op het zenuwcentrum van ons gezin: ons vertrouwen in Jezus.
Ik wist dat ik maar één optie had. Ik ging naar mijn gebedsruimte. En ik sloot de deur achter me, wierp mij op mijn aangezicht, en bereidde me voor op een gevecht. Ik nam me voor: "satan, je gaat mijn zoon niet krijgen." Vanaf die dag riep ik tot de Heer omwille van Gary. Ik pleitte: "Heer, houd mijn zoon uit de handen van de duivel."
De verandering die tenslotte plaatsvond in Gary gebeurde niet in een paar dagen, om binnen een week, of zelfs maanden. Hij had nog steeds te strijden met verwarring. Maar de tijd kwam dat Gary's vertrouwen in Jezus was hersteld. En als je mijn boodschappen al enige tijd hebt gelezen, dan weet je dat Gary heeft gewerkt in fulltime bediening sinds hij een teenager was. Hij was vol toewijding en liefde voor Jezus. En het afgelopen jaar had ik het privilege om samen met hem te prediken bij samenkomsten van andere voorgangers.
Ieder van mijn andere drie kinderen heeft zijn/haar eigen unieke geloofsbeproevingen gehad. Maar precies zoals het gebeurde met Gary, de Heer is zo getrouw geweest om Debbie, Bonnie en Greg er ook uit te halen. Zoals hun broer, zijn zij ook godvrezend en vol liefde van Jezus geworden en dienaars in de bediening. Toch is mijn voorbede voor mijn familie nooit opgehouden. Nu hebben mijn vrouw, Gwen, en ik zich gevoegd bij de gebeden van onze volwassen kinderen in gebed voor onze tien kleinkinderen.
De vrouw met de gekwelde dochter volhardde met het zoeken naar Jezus. Tenslotte spoorden de discipelen Jezus aan: "Heer, zend haar weg, laat haar weggaan." Merk op hoe Jezus het verzoek van de vrouw beantwoordde: "Hij antwoordde haar met geen woord" (Mattheüs 15:23). Klaarblijkelijk negeerde Christus de gehele situatie. Waarom zou Hij dat doen? We weten dat onze Heer nog nooit een doof oor heeft gegeven aan de roep van welke eerlijke zoeker dan ook.
Het feit is dat Jezus wist dat het verhaal van deze vrouw verteld zou worden aan iedere toekomstige generatie. En Hij wilde een waarheid openbaren aan allen die het zouden lezen. Dus, Hij testte de vasthoudendheid van het geloof van de vrouw. Toen Hij eindelijk met haar sprak, zei Hij: "Ik ben slechts gezonden tot de verloren schapen van het huis Israëls" (15:24). Christus zei, in het kort: "Ik kwam voor de redding van de Joden. Waarom zou ik hun evangelie verspillen op een heiden?"
Nu, deze verklaring zou de meesten van ons doen weggaan. Maar de vrouw gaf niet toe. De toestand van haar dochter was een zaak van leven en dood voor haar. En ze zou Jezus geen rust gunnen voordag Hij haar gaf wat ze nodig had.
Ik vraag je, hoe vaak geef je op in gebed? Hoe vaak ben je moe geworden en redeneerde: "Ik heb de Heer gezocht. Ik heb gebeden en gevraagd. Maar ik heb gewoon geen resultaat gehad. Maar ja, was het wel een zaak van leven of dood voor je? Heb je de Heer echt gezocht met je gehele hart, ziel, verstand en kracht, wetend dat er geen andere bron van leven was?
Ga eens na hoe deze vrouw antwoordde. Ze antwoordde niet met een klacht, of een beschuldigende vinger, zeggend: "Waarom weiger je me te helpen, Jezus?" Nee, de Schriften zeggen juist het tegenovergestelde: "Toen kwam ze en aanbad hem, zeggend: "Heer, help me" (15:25).
Wat volgt verder is moeilijk te lezen. Nog eens wees Jezus de vrouw af. Maar dit keer was Zijn antwoord zelfs nog harder. Hij zei tegen haar: "Het is niet goed het brood der kinderen te nemen en het de honden voor te werpen"(15-26).
Het is belangrijk voor ons te begrijpen dat Joodse gelovigen van die dag heidenen als niet hoger dan honden beschouwden in Gods ogen. Natuurlijk accepteerde Jezus dat niet; Hij wou niet een raciale smet werpen op welk kind van de Schepper, de Vader, dan ook. Maar Hij wist dat deze vrouw zich bewust was van de houding van de Joden naar heidenen toe. En, nog eens, was Hij haar aan het testen.
Nu antwoordde de moeder Hem: "Zeker, Here, ook de honden eten immers van de kruimels, die van de tafel van hun meesters vallen" (15:27). Wat een ongelooflijk antwoord. Deze vastbesloten vrouw zou niet terugwijken bij haar volging van Jezus. En de Heer prees haar hierom. Jezus zei tegen haar: O, vrouw, groot is uw geloof, u geschiede gelijk gij wenst! En haar dochter was genezen van dat ogenblik af (15:28).
Geliefde, we moeten ons niet tevreden stellen met kruimeltjes. Ons is al de genade en zegen beloofd die we nodig hebben voor onze crisissen. En dat omvat iedere crisis die verband houden met onze familie, gered of ongered. Wij zijn uitgenodigd om stoutmoedig naar Gods troon te gaan, met vertrouwen. En we moeten hem al onze noden voorleggen, of het nu een ongelovige ouder is of een rebels kind. We zullen misschien niet zien dat iedere geliefde Zijn hart aan de hart zal geven of zijn leven zal omkeren. Maar we kunnen grote blokkades opwerpen rondom hen, om hun race naar de hel te stoppen. We kunnen bidden dat God hen berouw geeft, en dat er beschermende muren om hen heen worden geplaatst. We kunnen ook bidden dat God mensen in hun leven plaatst om tegen hen te getuigen.
Maar, er is één ding waarvan ik u kan verzekeren: deze dingen zullen nooit gebeuren als we hen gewoon aan het geloof overgeven. We kunnen onszelf ervan overtuigen: "Ik moet de zaak nu gewoon in geloof overgeven." Maar dat is een vals alibi. Alles wat het doet is dat het ons weerhoudt om ons geestelijk zweet en onze geestelijke arbeid te besteden aan voorbede voor de zielen van onze geliefden.
Ik dring er bij u op aan, maak dit tot uw gebed: "Heer, als één van de mijnen verloren gaat, dan zal dat niet zijn omdat ik niet bad. Het zal niet zijn omdat ik het werk van Uw Geest in hun leven als vanzelfsprekend heb aangenomen. En het zal niet zijn omdat ik niet voor hen huilde. Wat het ook kost, ik ga voor hen strijden in voorbede, totdat één van ons naar Huis gaat om met U te zijn.
----
Tenzij anders vermeld is de NBG-1951 vertaling gebruikt.