Het hart van God was zeer verheugd toen Mozes tot Hem zei: "Toen zei Mozes: Toon mij toch Uw heerlijkheid!" (Exodus 33:18). Elke ouder kent de kinderstemmen die voortdurend om dingen vragen, maar niets verwarmt het hart van de ouder, als wanneer hun kind zegt "Ik hou van jou!"
Toen Mozes zijn verlangen uitsprak, stemde God direct in met zijn verzoek, voor zover dat mogelijk was. "Hij zei verder: U zou Mijn aangezicht niet kunnen zien, want geen mens kan Mij zien en in leven blijven.” (Genesis 33:20). Gods ongenaakbare licht is te fel om volledig te ervaren; Zijn heiligheid is allesverterend, daarom wilde Hij dat Mozes Zijn glorie slechts gedeeltelijk zou ervaren. De Heere zei in feite: "Ik kan je Mijn gezicht niet laten zien, maar Ik kan je wel de effecten van Mijn aanwezigheid laten zien en het spoor van goedheid dat Ik achterlaat" (zie Genesis 33:21-23).
Om Mozes te beschermen zei God: "En het zal gebeuren, als Mijn heerlijkheid voorbijtrekt, dat Ik u in een kloof van de rots neer zal zetten en u met Mijn hand zal bedekken totdat Ik voorbijgegaan ben." (Genesis 33:22). Dit vers vertelt ons alles over Gods verbazingwekkende genade in het Oude Testament. Zelfs vóór het kruis - voordat Christus Zijn bloed vergoot voor onze redding - verborg God Mozes in Zijn genade "in de kloof van de rots". Zoals Paulus uitlegt: "en die rots was Christus" (1 Korinthe 10:4).
De Schrift zegt dat het gezicht van Mozes door Gods heerlijkheid veranderd werd, een verandering die zo krachtig was dat hij "een bedekking op zijn gezicht legde, opdat de Israëlieten hun ogen niet gericht zouden houden op het einddoel van wat tenietgedaan wordt." (2 Korinthe 3:13). Vandaag hoeven we ons niet in een spleet te verbergen zoals Mozes deed; Gods heerlijkheid is volledig in Jezus geopenbaard en iedereen die Hem ontmoet, ervaart dezelfde veranderding - een verandering die zo diep is dat de hele wereld het ziet en ervan onder de indruk is.
Waar gaat jouw hart naar uit? Je kunt gezegend zijn met veel aardse zegeningen, maar er is veel meer te weten over onze grote God. Ik spoor je aan om God te vragen je Zijn heerlijkheid te tonen, die voor jou beschikbaar is.